Er zijn geen paarden die op een ezel rijden, maar er zijn wel ezels die op paarden rijden.

1. De natuurlijke ontwikkelingsfase

Doordat een paard een prooidier is, moet hij, vanaf het moment dat hij geboren wordt, zich lichamelijk en instinctief enorm snel ontwikkelen, zodat hij niet ten prooi valt aan een roofdier of niet mee kan komen met de kudde. Twee belangrijke ontwikkelingsfases zijn:

1. DE EERSTE TWEE UUR: INSTINCTIEVE ONTWIKKELING
Het paard is een prooidier en in geval van gevaar zal hij in eerste instantie instinctief willen vluchten. Lukt dit niet dan zal hij zich verweren, door te vechten. Daarom is het van wezenlijk belangrijk dat hij in deze eerste twee uur op een positieve manier in aanraking komt met de mens, zodat hij weet dat de mens geen bedreiging vormt waarvoor hij moet vluchten of - als hij zich in het nauw gedreven voelt (b.v. in de stal) - waartegen hij moet vechten.

2. DE EERSTE TWEE WEKEN
Hierin ontwikkelt het paard zijn vijf zintuigen (gehoor, reuk, smaak, tast en gezichts-vermogen).
Een goede zintuiglijke ontwikkeling is eveneens van levensbelang voor een paard. Denk hierbij maar aan het eten van giftige planten. het op tijd horen van eventueel naderend onheil, ruiken van gevaar (vuur), voelen van bepaalde voorwerpen (stroomdraad) en visueel waarnemen van eventuele bedreigingen etc. Maar ook in de sociale omgang maken ze gebruik van deze zintuigen.

HET JONGE PAARD
Het jonge paard (van 0 tot ca. 2,5/3 jaar) wordt in de eerste fase van zijn leven “opgeleid” door zijn soortgenoten. In de eerste plaats wordt hij uiteraard door zijn moeder opgevoed, maar al snel ook door de andere volwassen paarden in de kudde en leert hij door te spelen met leeftijdsgenoten. Op deze manier, kan hij zich fysiek goed ontwikkelen. Veel beweging is belangrijk voor een goede spier- en botopbouw.
En leert hij de sociale vaardigheden binnen de groep, zoals de rangorde bepalen en het principe van respect en vertrouwen binnen de kudde.
In de vrije natuur is dit heel belangrijk aangezien de veiligheid van ieder individueel paard afhankelijk is van de groep. Hoe beter de groep intern functioneert, hoe groter de kans om te ontkomen aan gevaar.

Deze eerste levensfase in de kudde is daarom van essentieel belang voor de opvoeding en socialisatie van het paard. Hij leert te communiceren in de paardentaal, hij leert wat wel en niet kan, hij leert de rangorde, hij leert zijn dominantie te bepalen etc.
Indien het paard deze eerste periode niet in gezelschap van soortgenoten kan doorbrengen, leidt dit in de rest van zijn leven/opleiding vaak tot communicatiestoringen tussen mens en paard en kan problemen geven bij het leerproces, evt. bij de weidegang later in zijn leven met soortgenoten etc.
In de opleiding van het paard maken wij nl. gebruik van de communicatietechnieken tussen paarden onderling (de paardentaal). De hulpgeving tijdens de omgang en het rijden is afgestemd op de wijze waarop paarden onderling communiceren.

In deze eerste periode is het raadzaam om het jonge paard direct vertrouwd te maken met:

  • de mens, zodat hij geen angst voelt in de nabijheid, of door aanraking van de mens.
  • lichamelijk contact. Al op zeer jonge leeftijd moet het paard zich over zijn gehele lijf laten aanraken (vanaf zijn oren tot zijn staart).
  • gehoorzaam stil leren staan, zijn voeten laten optillen en uitkrabben. Ook met het oog op de hoefsmid en evt. dierenarts.
  • het halster, zodat hij evt. vast kan staan en zich laat leiden.
  • met enge voorwerpen, en beangstigende situaties. Hoe eerder we ze laten wennen aan enge objecten en bedreigende situaties (wapperende voorwerpen, vreemde geluiden, hond, koe,etc trein, tractor) hoe makkelijker het voor ons wordt op latere leeftijd.

In eerste instantie kan dit in de vertrouwde beschermende aanwezigheid van zijn moeder gebeuren. Later kan dit ook wanneer het veulen alleen is. Natuurlijk speelt ook het karakter, ras en type paard daarbij een rol. Het ene paard is van nature veel dapperder, nerveuzer  of flegmatieker etc. Denk hierbij maar aan de verschillende typen aarde, hout, water, vuur en metaal. (Zie hiervoor het boek: Paardentypen van Eric Laarakker)

Een paard dat niet in de kudde is opgevoed door soortgenoten, zal nooit zo vliegensvlug reageren op prikkels. Hij zal ook lomper zijn, door b.v. op je tenen te gaan staan.

Een paard in de kudde zal het niet in zijn hoofd halen tegen een ranghogere op te lopen. Deze zal hem vliegensvlug corrigeren. Zo snel kunnen wij hem als mensen nooit corrigeren.

Al op zeer jeugdige leeftijd begint dus de voorbereiding tot rij- of gebruikspaard al.

Hiervoor kunnen we gebruik maken van verschillende trainingstechnieken:
A. Bodywork; 
B. Schrik- en obstakeltraining; 
C. Trailertraining. 


Terug naar boven



A. BODYWORK

Hierbij wordt het jonge paard geleerd zich overal aan te laten raken, zijn hoeven op te tillen, zich te laten poetsen, aan het halster te wennen, zich te laten leiden en vast te staan.

Bodywork bevordert de algehele bewustwording en coördinatie, in het bijzonder van de benen.

Algemene voordelen:

  • het paard wordt zich meer bewust van zijn eigen lichaam:
  • waardoor zijn coördinatie verbetert
  • hij meer ontspannen raakt,
  • waardoor zijn vermogen om te leren verbetert.
  • hij werkwilliger wordt
  • minder de neiging om te vluchten heeft

Voordelen voor de eigenaar/ruiter:.

  • Doordat u regelmatig uw gehele paard “door uw vingers laat gaan”, neemt u onregelmatigheden of afwijkingen eerder waar (littekens, wondjes, temperatuurverschillen, of spierspanning/stijve spieren). Het verbetert de band met uw paard.

Voordelen voor het paard:

  • Het paard wordt zich meer bewust van zijn eigen lichaam. Met name de bewustwording van zijn benen, zorgen ervoor dat het paard ook minder zal struikelen.
  • Vooral jonge nerveuze paarden (angstig) hebben baat bij bodywork, doordat ze wennen aan lichamelijk contact, waardoor ze minder sensibel worden en daardoor weer minder gespannen raken. Een relaxed paard is ook altijd handig bij de hoefsmid, tandarts of dierenarts.


Terug naar boven


B. SCHRIK- EN OBSTAKELTRAINING:

Hierbij leert het paard allerlei voor hem bedreigende situaties te trotseren waardoor hij dapperder of moediger wordt. Door het paard over balken, zeiltjes, houten planken etc. te laten lopen of door waterplassen te leiden, wordt zijn bewustzijn en coördinatie vergroot.

Doel van de schrik- en obstakeltraining:

  • (zelf)vertrouwen geven aan (jonge) paarden;
  • concentratie vergroten op de ruiter;
  • het paard moediger maken;
  • de medewerking van het paard neemt toe;
  • het vergroot de veiligheid doordat
  • men controle heeft over richting en tempo;
  • de gehoorzaamheid verbetert;
  • het vertrouwen tussen paard en ruiter toeneemt;
  • waardoor de samenwerking verbetert;

 

Terug naar boven


C. TRAILERTRAINING:

Het paard leert in alle rust en kalmte zich te laten laden en rustig te blijven staan. Door vooral in het begin, met veel geduld, rust en voldoende tijd, te investeren in het rustig/kalm trailerladen, heeft u daar later veel plezier van.

Onthoud: Met dwang bereikt men niks!

Enkele tips voor het veilig leren laden van paarden (om zo problemen voor te blijven)

  • Zorg dat de trailer schoon is. Liefst geen stro erin om uitglijden te voorkomen.
  • Haal het tussenschot en de voorstang eruit (indien mogelijk), zodat er veel ruimte in de trailer is voor het paard en zodat de persoon niet telkens onder de stang hoeft door te duiken (in geval van paniek van het paard).
  • Mocht het tussenschot er niet uit kunnen, plaats het dan zover mogelijk naar rechts.
  • Leg een bezem en schep klaar om evt. mest direct te kunnen verwijderen, zodat u of uw paard niet uit kan glijden.
  • Zorg dat de trailer stabiel staat. Plaats hem zo mogelijk aan één zijde langs een muur of heg zonder scherpe uitsteeksels e.d.
  • Zorg voor een rustige laadomgeving.
  • Zorg dat de dominantie verhouding tussen paard en ruiter goed is. Zodat het paard niet over u heenloopt, maar op u let en niet andersom.
  • controleer of het tussenschot, de stang en de laadklep makkelijk sluiten, zodat op het moment van laden er niet iets misgaat door “geklungel”.
  • Blijf zelf rustig en laat het probleem bij het paard liggen. Dus houd je ademhaling laag en blijf geduldig.
  • Draag handschoenen en goede schoenen, zodat uitglijden voorkomen wordt.
  • Neem beloningsbrokjes mee in je zak, om op de goede momenten direct te kunnen belonen.
  • Plaats voor in de trailer een emmer met wortelen, appels o.i.d. zodat het paard de trailer als prettige plek ervaart.
  • Neem kleine stapjes per keer. Beter in meerdere keren in goed vertrouwen, dan in 1x met dwang (waardoor er angst ontstaat bij het paard).

Het is makkelijker iets goed aan te leren, dan iets slechts af te leren!

Terug naar boven

Heeft u vragen of interesse?

Heeft u vragen, opmerkingen of interesse? Vult u dan onderstaand formulier in en u ontvangt zo spoedig mogelijk bericht.

Naam:
Email: