Er zijn geen paarden die op een ezel rijden, maar er zijn wel ezels die op paarden rijden.

STAP 5: BUIGING BUITENACHTERBEEN
Als we het paard geleerd hebben zijn binnenachterbeen onder de massa te plaatsen en tot dragen te brengen door vermeerderd te buigen en er gewicht op te plaatsen, kunnen we hem leren zijn buitenbeen onder het zwaartepunt te plaatsen door de oefeningen travers en renvers.
Op deze manier wordt ook het buitenachterbeen geprikkeld zich meer te gaan buigen en wordt zo zijn draagkracht vergroot.


Travers op vier sporen.    Travers op vier sporen.     Travers op de                                                                              volte rechtsom.

Het doel van de travers is het buitenachterbeen tot dragen te brengen en zorgt ervoor dat de binnenschouder meer schoudervrijheid krijgt.

Het doel van de renvers is hetzelfde als de travers.

Hiervan afgeleide oefeningen zijn:

  • appuyeren (travers op de diagonaal);
  • (werk-)pirouettes;
  • Galopwissels.

In de travers wordt het buitenachterbeen gevraagd naar het zwaartepunt toe te stappen en gewicht over te nemen van de voorhand. Hierdoor wordt de stuwkracht van het buitenachterbeen verminderd en de buigzaamheid en draagkracht van dit achterbeen vermeerderd.

Op deze manier hebben we nu dus vier achterbenen getraind, namelijk:

  • twee binnenachterbenen;
  • twee buitenachterbenen.

1. het linker binnenachterbeen
2. het rechter buitenachterbeen
3. het linker buitenachterbeen
4. het rechter binnenachterbeen


Terug naar "Rechtrichten hoe"

Heeft u vragen of interesse?

Heeft u vragen, opmerkingen of interesse? Vult u dan onderstaand formulier in en u ontvangt zo spoedig mogelijk bericht.

Naam:
Email:

NOKR